Zet gewichten op de schaal en weeg het doosje.
Hoe werkt het: sleep de gewichten op de schaal tot je het juiste gewicht hebt gevonden. De schaal zal bewegen volgens het gewicht. Je zult het volgende horen: ‘te veel’ of ‘niet genoeg’.
Wat leer je: de student hoort de getallen en hij/zij hoort ook of het te veel of onvoldoende is. Ook leert hij/zij een object wegen.
Haal zoveel mogelijk uit de activiteit: begin met het zwaarste gewicht op de schaal te leggen.
Groepsactiviteiten: laat de studenten zeggen welk gewicht er gelegd of genomen moet worden. Vind een echte schaal en laat de leerlingen verschillende objecten van de klas wegen.