Hello-World

Italiano: conversazioni Ho sonno

conversationsItaliano: conversazioni Ho sonno sleepy

Come si gioca: Ogni dialogo o conversazione presenta degli argomenti differenti.

Il dialogo si svilupperà in diverse scene che appariranno una dopo l’altra, con una pausa tra l’una e l’altra. Clicca sul pulsante ‘pausa’ per interromperlo e sul pulsante di avvio per continuare.

Oltre ad ascoltare il dialogo, potrai muovere il mouse sull’immagine per far apparire in basso il nome degli oggetti. Cliccaci sopra per ascoltare le parole corrispondenti.

Che cosa si impara: Gli alunni impareranno frasi standard che potranno utilizzare in situazioni quotidiane. Nella maggior parte delle frasi vengono utilizzate parole semplici che possono essere modificate in base al contesto.

Ottieni il massimo da questa attività: Ascolta l’intero dialogo dall’inizio alla fine. Ripeti la parole che ascolti e fai attenzione a quale persona sta parlando.

Attività di gruppo: Stampa la pagina dal sito web e fai in modo che gli alunni recitino il dialogo.

Hoe speel je: elke dialoog (conversatie) gaat over een ander onderwerp.

De dialoog zal scene per scene getoond worden, na elke scene volgt een pauze. Gebruik de pauzeknop om te stoppen en de playknop om verder te gaan.

Als aanvulling voor het luisteren, kan je met de muis over de afbeelding bewegen. De naam van het voorwerp zal verschijnen. Klik op het woord om het te horen.

Wat leer je: de leerlingen leren modelzinnen die ze in het dagelijkse leven kunnen gebruiken. De meeste zinnen zijn eenvoudige zinnen die je kunt aanpassen aan de context.

Haal zoveel mogelijk uit de activiteit: luister naar de dialoog, van het begin tot het einde. Herhaal de woorden die je hoort, geef aandacht aan de persoon die aan het praten is.

Groepsactiviteiten: print de pagina van de website uit. Laat de leerlingen de dialoog naspelen.

Note: Names used in the dialogs are different in each language.
    Italiano    Dutch 
 soundHo sonno Ik heb slaap
 soundUna bambina spiega perché ha sonno. Een klein meisje vertelt waarom ze slaperig is.
 soundCiao Anna. Hej Jasmijn.
 soundCiao Flavia. Come stai? Hej Mieke. Hoe gaat het?
 soundSto bene. E tu? Goed. En met jou?
 soundAnch'io, ma ho un po' sonno. Ook goed, maar ik ben wat slaperig.
 soundHai sonno? Forse dovresti andare a letto prima la sera. Slaperig? Misschien moet je vroeger gaan slapen.
 soundSì, hai ragione. Ja, je hebt gelijk.
 soundMa mi piace giocare con mio fratello prima di andare a dormire. Maar ik vind het leuk om alvorens het slapengaan met mijn broer te spelen.